Willekeurig

tijd

Ooit heeft iemand bedacht dat vandaag maandag is. En dat maandag het begin van de week is. Van een week die zeven dagen duurt, maar stiekem hebben we die opgedeeld in een werkweek en een weekeinde. Dus eigenlijk is een week vijf plus twee dagen. En voor sommigen begint die week op zondag, voor anderen op maandag. Er zijn volken die standaard maar weken hebben van vijf dagen. Ik kan me niet anders bedenken, dan dat je waarneming van tijd beïnvloedt.

Wat nou als we ooit hadden bedacht om na drie dagen een nieuwe week te beginnen? Twee dagen werken, één dag weekend. Dan zouden we elkaar veel vaker een fijn weekend toewensen. Maar ook minstens twee keer zo vaak een maandagochtendkater hebben. Of als we niet hadden bedacht dat de dag om twaalf uur ‘s nachts begint. Of begint die dag eigenlijk pas om zes uur ‘ochtends? Wat nou als we die dag veertien uur lang hadden gemaakt. En dat het de ene dag donker is en na een poosje een dag licht? En met dagen tussen die gedeeltelijk licht en gedeeltelijk donker zijn? Zouden we daar anders van worden? Anders van denken, anders van gaan doen?

Ik weet wel dat niet helemaal willekeurig is dat de dagen zo zijn ontstaan. Dat we gaan werken als het licht is. Dat was zeker voor de elektriciteit best praktisch. En je lichaam heeft daar ook nog een en ander over te zeggen. Die doet het nou eenmaal beter met wat zonlicht, heb ik me laten vertellen. Maar toch. Soms voelt het wel willekeurig. En is het nog nodig? We kunnen zoveel, mensen op de maan zetten enzo, praten over hoofddoekjesbelasting. Waarom zouden we dan ook niet iets zots kunnen doen als eens opnieuw naar de indeling van tijd kijken. Dan noemen we zaterdag leukedingendoendag en de zondag dopen we om in luierdag. Of katerdag. Daar stemmen we dan over. De maandag schaffen we af en dinsdag heet dan saaidag.

Het is maar net hoe je het noemt. Woorden, tijdsindeling, het lijkt allemaal vast te zitten, maar kunnen we niet eens opnieuw beginnen? Het gebeurt genoeg. In taal bijvoorbeeld. Een stoel is nou eenmaal een stoel, maar een secretaresse is een afdelingsassistente geworden. Wat ooit kwiek was, is nu vitaal. Maar vooral goed is verandering onderhevig. Ooit was het mieters, toen werd het gaaf, het was ook ooit eens cool, sweet heb ik regelmatig in de mond genomen en ik heb me zelfs laten vertellen dat het lauw kan zijn. Recentelijk hoorde ik de nieuwste benaming. Als iets tof, fijn of droog is, schijn je dat nu ook ‘random’ te kunnen noemen. Dat vind ik nou nog eens een willekeurig treffende benaming.

Leave a Reply